Economische waarde

De letterensector is grotendeels zelfbedruipend. De Rijksoverheid steekt 118 miljoen euro in de sector via subsidie aan het Letterenfonds, de Schrijverscentrale, de Koninklijke Bibliotheek, de Stichting Lezen en Schrijven en de Stichting Lezen. 1 De sector zette zelf in 2016 vijfmaal zoveel om. 2 De openbare bibliotheken zijn grotendeels afhankelijk van de overheid.

Hieronder nemen we de economie van het boekenvak onder de loep. Hoe heeft de sector de gevolgen van de crisis opgevangen? Welke ontwikkelingen zijn bepalend voor het huidige beeld? Wat kan de overheid doen om die economie te verbeteren?

De inkomenspositie van auteurs is de laatste jaren steeds meer onder druk komen te staan. Hieraan ligt een complex van oorzaken ten grondslag. Voor een deel hebben die te maken met enkele wezenskenmerken van de cultuursector als geheel, voor een deel met een paar tijdgebonden problemen van de letterensector in het bijzonder.

In een gezamenlijk uitgebracht advies van de Raad voor Cultuur en de SER, Passie gewaardeerd, worden de bijzondere kenmerken van de creatieve sector op een rijtje gezet. 3 Het voornaamste kenmerk is een structurele disbalans tussen vraag en aanbod, die ontstaat omdat kunstenaars hun kunst produceren omdat ze een intrinsieke aandrang voelen, niet omdat ze na marktonderzoek een bepaalde vraag hebben geconstateerd. Dit geldt bij uitstek voor auteurs. Ook als ze er weinig inkomen mee verwerven, blijven auteurs doorschrijven, ‘omdat ze niet anders kunnen’.

Hierbij komen enkele specifieke factoren die de boekenmarkt bemoeilijken. Allereerst liepen door de economische crisis consumentenbestedingen terug. Daarbij komt dat het lezen als bezigheid onder druk staat door de toenemende concurrentie van andere vormen van vrijetijdsbesteding. 4 De winkelstraten werden leger, en daarmee ook de boekhandel, die het voor een deel moet hebben van toevallige passanten. In 2012 ging boekhandelsketen Selexyz failliet, twee jaar later viel het doek voor Polare.

De auteurs, die afhankelijk zijn van hun royalty’s, voelden dit als eersten in hun portemonnee. Zoals we hebben gezien, liep de boekenverkoop in de periode 2008 – 2014 stelselmatig terug. Uit het ‘Inkomensonderzoek schrijvers en vertalers’ kwam naar voren dat het gemiddeld bruto jaarinkomen van deze beroepsgroep in 2013 en 2014 op 28.000 euro lag. Een deel van dit inkomen (21 tot 45 procent) kwam uit andere werkzaamheden, die niet gerelateerd zijn aan schrijven of vertalen. Daarmee ligt het bruto jaarinkomen dus flink onder modaal
(in 2013: 34.500 euro). 5

Behalve door de teruggelopen royalty’s, kromp het auteursinkomen ook doordat de inkomsten uit leenrechtvergoedingen onder druk staan. In de periode 2010 – 2016 daalde het totaal uitgekeerde bedrag aan auteurs met 800.000 euro per jaar. Voor een deel komt dat omdat het aantal uitleningen afnam, van 133 miljoen in 2005 naar 73 miljoen in 2016. 6 Maar er is meer aan de hand. Volgens de Stichting Leenrecht leverden 158 miljoen uitleningen voor boeken in 1995 nog 40 miljoen gulden op, waar 69 miljoen uitleningen nu nog maar 9 miljoen euro opleveren. 7 De vergoeding daalt dus sneller dan het aantal uitleningen. Hieraan liggen twee ontwikkelingen ten grondslag.

De eerste factor is de opkomst van de Bibliotheek op School (BOS). Omdat het onderwijs in het kader van de Auteurswet is vrijgesteld van leenrecht, ontvangen schrijvers in een aantal BOS-gevallen geen vergoeding voor de uitleningen op school. 8 Maar om hoeveel van die uitleningen gaat het eigenlijk? Hier is veel onduidelijkheid over. De Stichting Leenrecht spreekt van 20 miljoen op jaarbasis, de VOB (die de uitleendata verzamelt en doorgeeft aan CBS) houdt het op 611.000. Dat is nogal een verschil.

Daarom liet OCW op aandringen van de Stichting Leenrecht een onderzoek uitvoeren: ‘Onderzoek naar de ontwikkeling van de afdracht van leenrecht-vergoedingen (2006 – 2015’). 9 De conclusies van het rapport waren vierledig: 1. er is onduidelijkheid over de definitie van verschillende uitleencategorieën, 2. verlengingen worden geregeld (ten onrechte) als primaire uitlening geregistreerd, 3. bibliotheken zijn vaak aangewezen op handwerk bij de opgave van de uitleencijfers, en dit werkt fouten in de hand, 4. bij de bibliotheken die werken met de BOS leven verschillende opvattingen over hoe om te gaan met de opgave van uitleningen. Lang niet alle bibliotheken vinden het vanzelfsprekend dat de onderwijsvrijstelling voor een BOS geldt. Anderen registreren wel de uitleningen en geven die door aan CBS, maar niet aan Stichting Leenrecht.

Al deze factoren werken foutmarges in de hand. In sommige gevallen ging dat ten koste van de leenrechtvergoeding, in andere gevallen werd die juist ten onrechte uitgekeerd. Het ministerie van OCW  concludeert op basis van deze gegevens dat de leenrechtplichtige uitleningen van jeugdboeken over de gehele onderzochte periode met circa 10 miljoen is gedaald door het ontstaan van bibliotheken op school.

Minder duidelijk zijn de effecten van de groei van de e-book-uitleningen. Op 10 november 2016 bepaalde het Europese Hof dat er, voor wat het leenrecht betreft, geen principieel verschil is tussen een papieren boek en een e-book. Daaruit volgt dat bibliotheken zonder voorafgaande toestemming van de uitgever e-books mogen uitlenen. 10 Tot dan toe moesten bibliotheken altijd aparte licenties met uitgeverijen afsluiten voor het uitlenen van digitale werken.

Inderdaad nemen de uitleningen van e-books toe, via bibliotheek.nl en via diverse abonnementen. 11 Helaas blijken veel auteurs en vertalers hiervoor geen vergoeding te krijgen van hun uitgevers. Vaak zijn de auteurs niet op de hoogte van het feit dat hun boeken online te leen werden aangeboden; ook is hiervan op de royalty-afrekening in sommige gevallen niets te zien. 12

Platforms als Kobo Plus en onlinebibliotheek.nl dragen wel degelijk af aan de uitgevers. De kern van het probleem lijkt te zijn dat uitgevers dit niet doorbetalen aan hun auteurs en vertalers. We vinden het belangrijk dat de stakeholders binnen de sector opnieuw met elkaar in gesprek gaan om heldere afspraken te maken over de betaling van een uitleenvergoeding. Bibliotheken, scholen en de Stichting Leenrecht aan de ene kant, schrijvers en uitgevers aan de andere kant. Een oplossing zou kunnen zijn dat een tussenpartij hierbij betrokken wordt. Als auteurs bijvoorbeeld hun digitale rechten voor e-books, die worden verspreid via de bibliotheek, overdragen aan de Stichting Lira, kan deze als collectieve beheersorganisatie dichter op de huid van uitgevers gaan zitten.

Het is in ieders belang dat deze beide dossiers snel tot een oplossing worden gebracht. Het kan niet zo zijn dat auteurs, zonder wie de hele boekensector niet draaien kan, de dupe worden van onduidelijkheid, achteloosheid of slordigheid. Hoewel de inkomsten uit royalty’s en leenrechtvergoeding dus teruglopen, liggen er elders ook kansen voor auteurs. Bijvoorbeeld in het buitenland. Waar de Nederlandse lezersmarkt lijkt te krimpen, is er een wereldwijde lezersmarkt te winnen.

Het Letterenfonds speelt hierin een belangrijke rol als aanjager, verbinder en subsidiënt. Het is (mede-)organisator van grote manifestaties en beurzen waar de Nederlandse letteren in de etalage worden gezet, het treedt op als intermediair tussen Nederlandse en buitenlandse uitgevers, agenten en vertalers, bijvoorbeeld door hen en groupe enkele dagen in Nederland te ontvangen (het ‘Amsterdam Fellowship’), en – last but not least – het ondersteunt de buitenlandse uitgevers voor een aanzienlijk deel in de vertaalkosten. 13 En met aantoonbaar succes.

De laatste Buchmesse, waar Nederland en Vlaanderen Schwerpunkt waren, heeft een enorme impuls gegeven aan het aantal vertalingen van Nederlandse (en Vlaamse) letteren, met name in het Duitse taalgebied. In 2016 verschenen in totaal 681 Nederlandstalige titels in vertaling, een record, waarvan 258 in het Duits. Van 355 van deze boeken werd de vertaling gesubsidieerd door het Letterenfonds. 14 Verheugend is dat daarbij ook steeds meer aandacht uitgaat naar klassieke Nederlandse romans. Zo werd de Engelse vertaling van ‘De Avonden’ van Gerard Reve juichend ontvangen en zeer goed verkocht.

Het Engelse taalgebied blijft een speerpunt, omdat succes in Engeland en Amerika een springplank betekent naar andere landen. Ook investeert het fonds in het bijzonder in samenwerking met onze buurlanden, en worden er initiatieven ontwikkeld in China, Spanje en Scandinavië. In 2018 zal het fonds door heel Frankrijk 20 festivals organiseren in het kader van de campagne Phares du Nord. De Nederlandse ambassade participeert hierin actief, en heeft een intendant aangesteld (Margot Dijkgraaf) die al ruim van tevoren contacten legt met uitgevers en organisatoren door heel Frankrijk. Haar tactiek is aansluiting zoeken bij activiteiten in de regio. Zo zullen de Nederlandse auteurs straks tijdens Phares du Nord in een vruchtbare bedding vallen. We zijn onder de indruk van het buitenlandbeleid van het Letterenfonds en denken dat dit met extra middelen nog geïntensiveerd kan worden.

De eeuwige slingerbeweging van de uitgeverij

Het boekenvak verandert. Terwijl het aantal uitgeverijen gelijk bleef, nam het aantal werknemers sinds 2011 af. 15 De trend is: slankere organisaties, die expertise inhuren van buiten. Redactie, eindredactie, vormgeving, promotie – alles kan worden uitbesteed. De grote uitgeefconcerns liggen de laatste jaren onder vuur. In de media wordt een beeld geschetst van versteende bolwerken die alleen maar geld opslurpen. Zelfstandige uitgevers zouden minder gevoelig zijn voor marktdenken en meer oog hebben voor hun auteurs.

De realiteit is een stuk genuanceerder. Tussen grote concerns en kleine, onafhankelijke spelers is al decennia een slingerbeweging gaande. In de jaren negentig hokten zelfstandige uitgeefhuizen juist massaal samen onder grotere concernparaplu’s. Een uitgeverij als De Bezige Bij stond op de rand van het faillissement en werd gered door de toenmalige Weekbladpersgroep. Bovendien zijn zogenaamd ‘verzelfstandigde’ bedrijven nog altijd vaak onderdeel van een groep. Querido weekte zich los uit de WPG, maar sloot zich aan bij Singel Uitgevers. Daar komt bij dat uitgeverijen die deel zijn van een concern niet automatisch al hun zelfstandigheid opgeven.

Uit de cijfers blijkt dat de grootste marktmacht in 2016 en 2017 nog altijd bij dezelfde twaalf grootste uitgeverijen ligt. Die twaalf uitgeverijen profiteren het meest van bestsellers. 16 Overigens was van een bestsellermarkt de afgelopen jaren geen sprake. Zowel in 2015 als 2016 gingen er slechts van zeven titels meer dan 100.000 exemplaren over de (fysieke en digitale) toonbank. In het topjaar 2009 slaagden twintig verschillende titels daarin. 17

Toch concludeert KVB Boekwerk dat er sprake is van ‘bestsellerisering’ van de markt. 18 Bestsellers zijn voor uitgevers niet of nauwelijks te voorspellen. Dit leidt ertoe dat veel uitgevers bereid zijn een groot aantal boeken op de markt te brengen, in de hoop dat een van die boeken een verkoopsucces wordt, met de beruchte ‘boekenberg’ als gevolg. Er wordt in het boekenvak al jaren geklaagd over overproductie, en nieuwe uitgeverijen profileren zich door te verkondigen dat ze minder boeken uitbrengen.

Een groter gevaar voor auteurs en uitgeverij vormt piraterij. Niemand weet precies om hoeveel illegale downloads het jaarlijks gaat, maar Deloitte concludeerde na onderzoek dat 10 procent van de Europeanen in 2016 doelbewust illegale content had gestreamd of gedownload. Daarbij ging het behalve om boeken ook om films en muziek. In de leeftijdsgroep tussen 15 en 24 jaar lag dit percentage zelfs op 27 procent. 19

De sector heeft deze situatie misschien over zichzelf afgeroepen, doordat het digitale aanbod lange tijd zeer beperkt was. Ook is het illegaal downloaden lange tijd niet strafbaar gesteld, alleen de aanbieders waren in overtreding. Het Europese Hof van Justitie besliste in 2014 dat downloaden uit illegale bron niet onder de uitzondering voor privé-kopiëren valt en zonder voorafgaande toestemming van rechthebbenden niet is toegestaan.

Stichting Brein voert actie tegen aanbieders van illegale e-books. Een advertentie waarin illegale downloads te koop worden aangeboden, is snel genoeg verwijderd; het probleem schuilt erin dat de aanbieder zijn gestolen waar meestal subiet onder een andere naam elders aanbiedt. Het is dweilen met de kraan open.

De oplossing op de lange termijn ligt wellicht in de creatie van een gesloten systeem, waarbij het e-book alleen in een app gelezen kan worden. Dat heeft als voordeel dat de klant geen kopie op zijn harde schijf downloadt. Welke technologische vondsten er in de toekomst nog mogen volgen, het is de mentaliteit die achter piraterij schuilgaat, die de meeste zorgen baart. Blijkbaar geldt een boek steeds minder als het resultaat van langdurige en diepgravende werkzaamheden die een passende beloning verdienen. De raad meent dat de bewustmaking van het principe van ‘intellectueel eigendom’ prioriteit verdient.

Naast een restrictief beleid pleiten we, in lijn met ons advies over de audiovisuele sector, ook voor een stimulerend beleid waarbij legaal beschikbaar materiaal nadrukkelijk gepromoot wordt. Zo zouden internetserviceproviders de bezoekers van (inmiddels) afgesloten websites, waarop aantoonbaar illegaal aanbod staat, kunnen doorverwijzen naar dbnl.org of naar de websites van de desbetreffende uitgeverijen. 20

Het boek als cadeau

In de inleiding maakten we al melding van de doorstart van 16 van de 21 vestigingen van boekhandelsketen Polare, na het faillissement in 2014. Vaak was dat onder de oude naam (van voor de overname door Selexyz, de voorloper van Polare). In een aantal gevallen werd het startkapitaal opgebracht door crowdfunding. Dit tekent de boekhandel als geheel. De betrokkenheid van klanten is groot. Als een juwelier of rijwielhersteller failliet gaat, zullen de consumenten niet snel tot een dergelijke actie overgaan.

Naar verwachting zal de Nederlandse economie in 2018 met 2,4 procent groeien. Vooral de detailhandel en de horeca zullen profiteren van de consumptiegroei. Het online aandeel in de retail zal nog fors groeien en dit zal gevolgen hebben voor de fysieke winkels. 21 Niettemin zijn fysieke winkels nog altijd dominant, en zullen klanten behoefte houden aan contact, met andere klanten, en met gekwalificeerde medewerkers. Terecht dringt de KBB er in haar jaarverslag op aan te investeren in het winkelpersoneel. Dit is niet alleen een kwestie van salaris, maar ook van opleidingsmogelijkheden en carrièreperspectief.

Daarnaast is een herwaardering van de brede winkelvoorraad essentieel. Tien jaar geleden dacht men dat een smaller, gespecialiseerd assortiment de oplossing was, nu dringt het besef door dat het aanbod juist breder en dieper moet zijn. Als de klant teleurgesteld raakt, gaat hij het zelf online regelen en zie je hem nooit meer in de winkel terug.

Intussen groeide de boekenmarkt in 2016 en 2017 weer voorzichtig. Tegelijkertijd weten we uit tijdsbestedingsonderzoek dat de totale leestijd van volwassenen afneemt. 22 De conclusie moet dan welhaast luiden dat boeken meer gekocht worden om weg te geven. Het boek is het ideale cadeau geworden. Maar nadat hij in ontvangst is genomen, staat het ongelezen in de kast. Ook voor de boekhandel is een actief leesbevorderingsbeleid van het grootste belang om in de toekomst te overleven.

Een andere belangrijke trend is de wijze waarop boekhandel en uitgeverij verweven raken. Het meest recente voorbeeld is de aankoop van boekhandelsketen Bruna door uitgeverij VBK. Zo kreeg de uitgever een extra schakel van de keten in handen: productie en verkoop komen in één hand. Iets dergelijks gebeurt ook bij een platform als Kobo, dat boeken verkoopt en streamt, maar ook nieuwe teksten ‘uitgeeft’: de ‘Kobo originals’.

De boekhandel raakt er steeds meer van overtuigd dat e-books geen bedreiging vormen. Online en fysiek winkelen gaan in elkaar over. Daarom lijkt het logisch als het lage btw-tarief zoals dat voor de papieren boeken geldt, ook voor e-books gaat gelden. Dit dient in EU-verband geregeld te worden. Nederland maakte zich hier onlangs sterk voor, maar de Tsjechische Republiek hield het (om een oneigenlijke reden) tegen.

Het sociale lezen

Auteurs en boeken vormen steeds vaker een onderdeel van de festivalprogrammering. Lezers komen nu eenmaal graag in aanraking met door hen bewonderde auteurs. Ook het leesclubcircuit bloeit als nooit tevoren. Bibliotheken vervullen in het kader van de nieuwe Bibliotheekwet steeds meer een actieve rol als ontmoetingsplek en aanjager van debat en ideeënuitwisseling.

Deze ontwikkelingen, die we als ‘sociaal lezen’ kenschetsen, bieden ook kansen voor het magere auteursinkomen. Auteurs die zich actief een plek in dit circuit toe-eigenen, versterken de band met hun lezers en kunnen ook een nieuw publiek verwerven.  Probleem is wel dat de beloning op de podia de laatste zes jaar stagneerde of zelfs terugliep. Hoewel het aantal door de Schrijverscentrale bemiddelde contracten vrij constant bleef, liep het totaal aan uitbetaalde honoraria terug van 2.489.034 euro in 2011 naar 2.046.842 euro in 2016. Het gemiddelde auteurshonorarium per contract daalde daarmee van 462 euro in 2011 naar 410 euro in 2016. 23

Dit is het onmiskenbare gevolg van de cultuurbezuinigingen in dezelfde periode. Literaire organisaties, boekhandels en bibliotheken hebben getracht hun programmering zoveel mogelijk op peil te houden, ten koste van de honoraria en de beloning van de eigen mensen. De organisatie van veel literaire evenementen berust in toenemende mate bij vrijwilligers en liefhebbers.

De spoken word-sector staat er economisch niet veel gunstiger voor. Podia worden alleen voor losse spoken word-evenementen gesubsidieerd, de organisaties krijgen geen van alle structurele ondersteuning. De tien grootste spoken word-organisatoren komen op jaarbasis 1,5 ton tekort voor een gezonde exploitatie.

Wel slagen spoken word-artiesten er steeds beter in om commerciële opdrachten te verwerven. Ook is er een groeiend educatief aanbod, vanuit organisaties als SKVR en LKCA en vanuit zelfstandige aanbieders, waarmee artiesten op scholen terecht kunnen voor workshops en spoken word-lessen. Toch zijn er in Nederland hooguit vijftien artiesten die van hun spoken word-optredens en het organiseren van spoken word-activiteiten hun beroep kunnen maken. 24

Zoals we hebben gezien, vormen boeken en literatuur steeds vaker een onderdeel van festivals van allerlei pluimage. De ondersteuning van festivals door het Letterenfonds is dus een goede zaak, met het oog op het penibele auteursinkomen. De raad is van mening dat de Schrijverscentrale zich proactiever zou mogen opstellen, door zelf bibliotheken, scholen, boekhandels, festivals en andere literaire organisaties te benaderen.

Toch is de raad ervan doordrongen dat niet iedere auteur in de wieg gelegd is voor het podium. Er zullen altijd schrijvers zijn die het beste gedijen in de stilte van hun werkkamer. Auteurs moeten het in de eerste plaats hebben van hun verbeelding, en hun vermogen die verbeelding om te vormen tot glanzende taal. Het vermogen een live publiek te bespelen is een zeer bruikbare kwaliteit, maar mag geen voorwaarde worden om te overleven in de letterensector.

Aanbevelingen

Aan het Rijk

  • Het auteursinkomen staat onder grote druk. Verschillende maatregelen zouden die druk iets kunnen verlichten: 1. Stimuleer vertalers en organisaties die vertalingen ondersteunen. 2. Zorg dat er Europese besluitvorming komt over de toepassing van het lage btw-tarief op e-books. 3. Podiumoptredens vormen in toenemende mate een factor van belang in de economie van het boekenvak. Op dit moment hebben festivals onvoldoende middelen om hun ambities waar te maken en auteurs naar behoren te honoreren. Verruim daarom het festivalbudget van het Letterenfonds.
  • Leenrecht is in de wet opgenomen om het belang van de auteurs te dienen, wat ook het algemeen belang is. Een eerlijke afdracht van leenrechtvergoedingen via de Bibliotheek op School is van het grootste belang.
  • Het jaarlijkse aantal illegale downloads is onbekend. Alles staat of valt met het kweken van het bewustzijn dat de uitwisseling van een illegaal gedownload bestand een misdrijf is. Ondersteun een landelijke campagne tegen piraterij.

Aan de sector

  • Uitgevers en auteurs moeten gezamenlijk om de tafel gaan om de problemen met de collectieve honorering van de digitale verspreiding van boeken en teksten te evalueren. Waar nodig moet het standaardcontract aangepast worden.
  • Haal spoken word-artiesten binnen bij uitgeverijen, zet ze op podia, nodig ze uit in bibliotheken, boekhandels en op scholen. Op die manier wordt het genre stevig verankerd binnen de letterensector.

De Koninklijke Bibliotheek ontvangt 88 miljoen euro per jaar, het Letterenfonds 11,2 miljoen, de Stichting Lezen en Schrijven 15 miljoen, de Stichting Lezen 1,87 miljoen en de Schrijverscentrale 650.000 euro. We laten de subsidies van provincies en gemeenten hier buiten beschouwing.

Daarbij komen de opbrengsten die festivals genereren.

Passie gewaardeerd
Raad voor Cultuur, SER, 2017

Lees:Tijd.
SCP, 2018

Inkomensonderzoek schrijvers en vertalers.
APE, 2018

Openbare bibliotheken.
CBS Statline,
20 september 2017

Hierbij past de kanttekening dat er per uitlening dus geen sprake is van een serieuze teruggang (tenzij de geldontwaarding wordt meegewogen). Maar gevolg van deze ontwikkeling is wel dat auteurs dit deel van hun inkomen voor een belangrijk deel hebben zien verdampen.
Persbericht Stichting Leenrecht,
22 juni 2017

Auteurswet,
artikel 15c, lid 2

Uitgevoerd door onderzoeksbureau Ecorys.

Mits ze dat op een soortgelijke manier doen als bij fysieke boeken. Bijvoorbeeld met het one-copy-one-usermodel, waarbij een licentie recht geeft op het uitlenen van één exemplaar, en dus niet meer exemplaren tegelijkertijd. Daarvoor zouden evenzovele licenties kunnen worden afgesloten, net zoals een bibliotheek meerdere fysieke exemplaren van een titel kan aanschaffen en uitlenen.

CB Logistics

Onderzoek van Kantar Public in opdracht van de Auteursbond en Stichting Lira onder 583 schrijvers en 237 vertalers.
2017

Buitenlandse uitgevers krijgen 2/3 van de vertaalkosten vergoed, bij de eerste twee boeken die ze van een auteur doen verschijnen. Daarna stopt de financiële ondersteuning.

Jaarverslag 2016.
Letterenfonds, 2017

Zo blijkt uit een vergelijking van de Jaarverslagen van het NUV, over de periode 2009-2016. Hierin worden de aantallen werknemers uitgesplitst per cao. De werkenden in het boeken- en tijdschriftenbedrijf vallen onder dezelfde cao. De cijfers worden niet uitgesplitst per tak. Toch achten wij deze cijfers representatief voor het boekenvak als geheel.

Monitor 2016.
KVB Boekwerk, 2017

Monitor 2016.
KVB Boekwerk, 2017

Dit is gedaan door het aandeel dat nodig is om het 50%-omslagpunt te behalen tussen 2012 en 2016 te vergelijken. Als er relatief meer titels nodig zijn om het omslagpunt te bereiken, dan is het percentage positief. Is het percentage negatief, dan zijn er relatief minder boektitels nodig om het 50%-omslagpunt te bereiken. Dit laatste duidt op ‘bestsellerisering’. Inderdaad blijkt dat het aandeel toptitels op het totaal aantal boektitels kleiner wordt. Deze ontwikkeling geldt voor alle genres.
Monitor 2016.
KVB Boekwerk, 2017

Onderzoek van Deloitte in opdracht van het Europees Bureau voor Intellectueel Eigendom.

Zicht op zo veel meer
Raad voor Cultuur, 2018

Sectorprognose detailhandel non-food 2018.
Rabobank

Lees:Tijd.
SCP, 2018

Gegevens Schrijverscentrale,
mail 24 januari 2018

Spoken word-data in deze paragraaf afkomstig van Spraakuhloos.

Artistieke waarde Maatschappelijke waarde Economische waarde